Verwondering, verontwaardiging en vergeving

Gepubliceerd op 29 november 2024 om 17:12

De steen waarop mijn voet rust, is nog warm van de zon die de hele dag fel geschenen heeft. Terwijl de zon ondergaat en de hemel verandert in prachtige kleuren — eerst rood, dan lichtroze, om te eindigen in een schilderachtige combinatie van tinten — zie ik hoe de giraf haar laatste slokken water drinkt, zich langzaam omdraait en weer verdwijnt in de struiken waar ze vandaan kwam. Er waait een zachte wind die verkoeling biedt; het is vredig stil. Alleen het gekwetter van de vogels en het zachte ruizen van de wind zijn te horen.

Af en toe hoor ik het gefluister van de mensen om mij heen, die allemaal met hetzelfde doel naar de waterhole zijn gekomen. Iedere avond voltrekt zich hier een magisch schouwspel. Dan komen de dieren uit hun verstopplekken om het verkoelende water te drinken. Op een paar meter afstand zitten wij op houten bankjes te kijken. Zo ook deze avond. Samen met de andere vrijwilligers zijn we in Etosha Park, één van de grootste natuurparken in Zuidelijk Afrika. We huren een auto en blijven een nachtje slapen in Okaujkuejo Camp - een soort vakantieparkje in het park. 

Ik pak mijn notitieboekje erbij en begin te schrijven. Dit soort momenten wil ik vastleggen, om ze bewust te kunnen beleven en er zo lang mogelijk van te genieten. Want ik weet dat ik maar met mijn ogen hoef te knipperen, en het moment is weer voorbij. Ik leun achterover en kijk naar de sterrenhemel boven mij. Tevreden zucht ik. Hoe kun je nu niet geloven dat God bestaat als je de pracht van Zijn schepping ziet? "Heel de aarde is vol van Zijn heerlijkheid!" (Jesaja 6:3).

Ineens word ik ruw gestoord tijdens mijn mijmeringen. Er staat een vrouw van in de vijftig naast mij; achter haar staat nog een vrouw, die ze meetrekt aan haar arm. Zonder pardon pakt ze mijn tas op van het bankje, terwijl ze neerploft en verkondigt dat zij hier nu zit. Terwijl ik probeer uit te leggen dat ik die tas expres had neergezet om een plekje vrij te houden voor een vriendin, lacht ze schamper en onderbreekt me: "This is not Tenerife, this is Africa."

Oké. Een beetje beduusd zie ik het allemaal gebeuren, en ik voel hoe de frustratie van binnen begint te groeien. Als ze dan ook nog in het Duits tegen haar vriendin begint te vertellen hoe brutaal de jongeren van tegenwoordig zijn en hoe ze het in hun hoofd halen om te denken dat ze het recht hebben om plekken te reserveren, wil ik mijn mond niet meer houden. Ik kijk haar aan met opgetrokken wenkbrauwen en zeg dat ik haar heel goed kan verstaan, en dat ik verwacht dat ze opstapt zodra mijn vriendin er weer is. Ze schudt haar hoofd, wijst naar haar oren en zegt dat ze me niet kan verstaan omdat ze haar gehoorapparaat niet in heeft. Ze draait zich om, terwijl ik ineens tegen haar rug aan kijk.

Weg is de vredige bubbel waar ik in zat. Ik kijk niet meer met bewondering en ontzag naar het schouwspel voor mijn ogen, maar ik ben boos en verontwaardigd. Ik probeer uit mijn boze bui te komen en weer te genieten van het moment, maar het gevoel blijft toch nog een tijdje hangen. De volgende dag denk ik er nog een aantal keer aan terug. En dan besef ik het. Hoe snel kunnen mijn ogen afgewend worden van de schepping en van de Maker? Hoe kwetsbaar is mijn hart, dat het het ene moment vervuld kan zijn van liefde, blijdschap en verwondering, en het andere moment van frustratie en boosheid? Wat zijn mensen toch veranderlijk en wispelturig. Maar juist die ontdekking doet mij zien op Hem, die gisteren, vandaag en morgen Dezelfde is. Ik blijf hangen in mijn wrok terwijl Hij gewillig vergeeft en niet meer terug denkt aan wat er gebeurt is. Hier in Namibië heb ik de uitspraak voor het eerst gehoord: Vergeven betekent bewust kiezen om niet meer te herinneren aan wat er gebeurt is.

Terwijl ik in de auto zit en kijk of ik dieren zie, hoor ik het stemmetje wel. Ik weet wat mij te doen staat: Forgive and forget. Ik zucht eens diep en moet dan glimlachen. Het is maar zo'n klein onrecht wat mij is aangedaan en toch vind ik het lastig om die vrouw te vergeven. Toch doe ik het en met een lichter gevoel rijden we verder, op zoek naar de leeuwen. 

 

PS: Die leeuwen hebben we gespot! Eerst hadden we een andere route in gedachten, maar op het laatste moment besloten we toch een andere weg in te slaan. En daar waren ze, alsof het zo bedoeld was. Een prachtig geschenk van Boven ;) 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb